De regering Donald Trump werkt aan een beleidswijziging die groene kaarten en andere goedkeuringen voor immigranten uit Trumps ‘reisverbod’-landen zou beperken. In juni ondertekende president Trump een reisverbod voor twaalf landen in Afrika en het Midden-Oosten. Mensen uit Afghanistan, Tsjaad, de Republiek Congo, Equatoriaal-Guinea, Eritrea, Haïti, Iran, Libië, Myanmar, Somalië, Soedan en Jemen mogen niet naar de Verenigde Staten reizen. Als hun burgers al in de Verenigde Staten waren voordat de lijst met reisverboden arriveerde, zouden ze moeite hebben gehad met het verkrijgen van een groene kaart of andere goedkeuringen in de Verenigde Staten, meldde de New York Times, na het bekijken van conceptdocumenten, aangezien het beleid nog steeds wordt afgerond. “De beleidswijziging is een belangrijke uitbreiding van de inspanningen van de regering om de immigratie uit landen die volgens haar onvoldoende antecedentenonderzoek en controles voor officiële documenten hebben, hard aan te pakken. De verandering zou het moeilijker maken om te blijven voor degenen die vóór het reisverbod in het land aankwamen”, meldde de NYT. Naast deze twaalf landen hebben zeven andere landen gedeeltelijke beperkingen in de Verenigde Staten. Mensen uit Burundi, Cuba, Laos, Sierra Leone, Togo, Turkmenistan en Venezuela komen niet in aanmerking om permanent de Verenigde Staten binnen te komen of bepaalde visa te ontvangen. De regering maakte enkele uitzonderingen op het reisverbod, omdat het mensen met bestaande visa, mensen met groene kaarten, atleten die naar de Verenigde Staten reisden voor het WK 2026 of de Olympische Zomerspelen van 2028 in Los Angeles vrijstelde, en Afghanen die in aanmerking kwamen voor het speciale immigrantenvisumprogramma.
Wat is de nieuwe groene kaartbeperking?
Hoewel er geen officieel woord is, is de nieuwe beleidswijziging een uitbreiding van het streven van de regering om de immigratie uit landen die volgens haar onvoldoende antecedentenonderzoek en controle op officiële documenten hebben, hard aan te pakken, aldus het NYT-rapport. In conceptdocumenten zei het bureau dat sommige landen mogelijk niet genoeg informatie over testen en screening delen. Sommige landen beschikken ook niet over adequate autoriteiten voor het afgeven van paspoorten en andere documenten, wat volgens de documenten het vermogen van het agentschap heeft aangetast om te beslissen of een immigrant uit dat land recht heeft op een uitkering.


